Contouren en bewerkingsposities uit 3D-gegevens overnemen

Met de DXF-converter hebt u sinds lang de mogelijkheid om DXF-bestanden direct op de TNC-besturing te openen, om uit 2D-gegevens contouren of bewerkingsposities te extraheren. U bespaart zich daarmee niet alleen de programmeer- en testprocedure, maar bent er tevens van verzekerd dat de aangemaakte contour precies overeenkomt met de invoer door de constructeur. Met CAD-viewer en de optie CAD-import beschikt u ook voor 3D-gegevens over deze en aanvullende functies.

Effectieve tools voor de op de werkplaats gerichte programmering

CAD-viewer en met name de uitbreiding CAD-import zijn effectieve tools voor de op de werkplaats gerichte programmering. Het maken van programma's gaat niet alleen sneller, maar is door de gegevensovername ook veel betrouwbaarder. Tegelijkertijd kunt u uw uitgebreide ervaring als TNC-gebruiker direct op de machine invoeren in het NC-programma voor een op de werkplaats afgestemde programmering. 

CAD-viewer voor STEP, IGES en DXF

CAD-viewer hoort bijvoorbeeld bij de TNC 640 sinds softwareversie 05 tot de standaardfuncties. Hiermee kunt u gegevens van het type STEP, IGES en DXF direct op de besturing openen en bekijken. Zo kunt u bijvoorbeeld bij onduidelijkheden de maten in de tekening controleren of gewijzigde tekeningen op de besturing openen, om de gegevens te controleren.

CAD-import: 3D-bestanden direct in het NC-programma overnemen

Als uitbreiding op CAD-viewer kunt u met CAD-import (optie 42) vanaf de nieuwe softwareversie 08 op de TNC 640 op comfortabele wijze gegevens uit STEP-, IGES- en natuurlijk ook DXF-bestanden overnemen. Met CAD-import kunt u contouren en posities uit een 3D-gegevensmodel op de besturing of op een HEIDENHAIN-programmeerplaats in het NC-programma overnemen, en vanuit de constructiegegevens direct het gewenste onderdeel maken.

Nulpunt en gezwenkt bewerkingsvlak definiëren

Naast het overnemen van contouren en posities kunt u in CAD-import een nulpunt en een gezwenkt bewerkingsvlak definiëren. Ook bij de overname van te draaien contouren is de willekeurige oriëntatie van het coördinatensysteem handig, wanneer de tekening niet op de bewerkingspositie is afgestemd.

Zo eenvoudig gaat de gegevensovername

Nadat het CAD-bestand via het netwerk of vanaf de USB-stick is ingelezen in de TNC of in de programmeerplaats, kunt u het bestand als NC-programma openen via het bestandsbeheer.

Overbodige layers met één muisklik verbergen

CAD-bestanden bevatten meestal meerdere lagen (layers) waarmee de constructeur zijn tekening kan organiseren. Bij de contourselectie is het handig om alleen relevante informatie op het beeldscherm te zien, daarom kunt u met één muisklik alle overbodige layers verbergen. Hiervoor hebt u op de TNC het bedieningspaneel met touchpad of een extern aanwijsapparaat nodig. CAD-import kan een aaneengesloten contour ook selecteren, als deze in verschillende layers is opgeslagen.

Werkstukreferentiepunt en nulpunt definiëren

Ook bij het definiëren van het werkstukreferentiepunt biedt CAD-import ondersteuning. Het tekeningsnulpunt is in het CAD-bestand niet altijd zodanig, dat u het direct als werkstukreferentiepunt kunt gebruiken, met name wanneer de tekening meerdere aanzichten bevat. Daarom kunt u in CAD-import het werkstukreferentiepunt op een zinvolle positie plaatsen door eenvoudig op een element te klikken. Op dezelfde manier kunt u bovendien het nulpunt en een gezwenkt bewerkingsvlak definiëren.

Contouren en boorposities automatisch herkennen

U kunt contouren bijzonder eenvoudig selecteren. Allereerst selecteert u het gewenste element door hierop te klikken met de muis. Zodra u het tweede element hebt geselecteerd, herkent de TNC de door u gewenste rotatierichting en wordt de automatische contourherkenning gestart. Daarbij selecteert de TNC automatisch alle duidelijk herkenbare contourelementen totdat de contour gesloten is of vertakt. Daarna kunt u met een muisklik het volgende contourelement selecteren. Zo kunt u dus met slechts enkele muisklikken ook omvangrijke contouren selecteren. Indien nodig kunt u contourelementen ook korter maken, verlengen of openbreken.

U kunt ook bewerkingsposities selecteren en als puntenbestand opslaan, wat met name handig is om boorposities of startpunten voor kamerbewerking over te nemen. U hoeft daarvoor alleen maar een bereik te markeren met de muis. De TNC toont alle boringsdiameters die binnen dit bereik vallen in een apart venster met filterfunctie. Door filtergrenzen met de muis te verschuiven, kunt u op eenvoudige wijze de gewenste diameter selecteren en de selectie overeenkomstig beperken.

Met de zoomfunctie de details in één oogopslag

Tot slot is CAD-import nog voorzien van een zoomfunctie en diverse instelmogelijkheden. Daarnaast kunt u de resolutie van het contourprogramma definiëren, indien u dit in oudere TNC-besturingen wilt gebruiken. Ook kunt u een overgangstolerantie vastleggen, bijvoorbeeld wanneer elementen niet helemaal tegen elkaar aanliggen.

Meer informatie over CAD-viewer en CAD-import vindt u ook in het webinar "Nieuwe functies TNC 640, softwareversie 08